Creatief schrijven: de vanzelfsprekendheid van taal

Sinds een paar maanden ben ik lesassistent bij een inburgeringscursus. Elke week besteed ik zes uurtjes aan het ondersteunen van anderstaligen bij het leren van de Nederlandse taal. Nog niet eerder heb ik zoveel nagedacht en ook moeten nadenken over mijn eigen taal. Vragen als: ‘Waarom moet die zin in die volgorde?’ en opmerkingen als ‘Dat is toch Frans, geen Nederlands!’ passeren regelmatig de revue. De vanzelfsprekendheid zakt door deze terechte vragen steeds meer in.

Nadenken over je eigen taal

Als schrijver ben je constant met taal bezig. Je denkt na over hoe je iets gaat verwoorden: komt dit wel over zoals ik het bedoel? Is het niet te vaag? Klopt die zin wel? Voor deze vragen en tal anderen, heb je meer dan genoeg taalboeken die de regels helder uitleggen. En wij Nederlanders, voor wie de taal zo vanzelfsprekend is, passen die gedwee toe. Maar wat doen we eigenlijk? Hoe is die regel ontstaan dat je een zin begint met onderwerp + persoonsvorm? En waarom doen we dat eigenlijk? Als we een zin verkeerd zetten, voelen en horen we meteen dat het niet klopt, want we zijn met deze taal opgegroeid. Maar anderstaligen zien dat verschil niet. Zij zeggen: ‘Waarom is de zin fout?’.

Inburgeringcursus

Door het lesgeven aan anderstaligen ben ik mij steeds bewuster gaan worden van mijn eigen taal. Voorheen vond ik Engels een prachtige taal. Of Frans. Of Italiaans. Alles wat anders was vond ik mooier. Nu pas zie ik in hoe mooi mijn eigen taal is. Het Nederlands is een mooie, vreemde, aparte, maar bijzondere taal. Ik kan alle schrijvers – maar ook niet schrijvers – aanraden eens een dagje mee te draaien bij een inburgeringscursus. Je bewijst niet alleen anderstaligen een enorme dienst – (een dienst bewijzen, vreemde uitdrukking eigenlijk!) –, je zult ook zien dat je ogen open gaan en dat je de Nederlandse taal gaat waarderen.

Taalcursussen Het NTI biedt verschillende taalcursussen aan. Van Nederlands tot Frans en van Zweeds tot Chinees. Kijk voor alle taalcursussen op de website van het nti.